Na een bizarre, emotionele week in Nederland lag ik vorige week donderdagnacht weer in mijn bed in San Gaspar. Die vrijdag gingen de kinderen om 8u sochtends op schoolreisje, maar gezien de flinke reis en heel veel slaaptekort besloot ik om niet mee te gaan. Uiteindelijk werd het dan ook een raar afscheid van 7 weken wonen, werken en studeren in San Gaspar, want maandagmiddag vertrok ik naar Atitlan. Ik ben die ochtend nog wel op het Educatief Centrum geweest maar toen waren er uiteraard geen kids. Mijn verjaardagsweekend heb ik nog wel goed gevierd, flink op stap geweest met de andere vrijwilligers, taart gegeten en cadeautjes uitgepakt met mijn gastgezin, een klein verjaardagsfeestje gevierd in het huis van Jessica en op zondagavond hebben de vrijwilligers me nog getrakteerd op een etentje bij Zoola.
Op naar Atitlan dus, het vertrouwde Antigua achterlatend. We (Nathan – USA, Diederik – BE en ik) gingen naar San Pedro La Laguna, een van de vele kleine dorpjes aan het sprookjesachtige meer van Atitlan. Voor €3,00 per nacht hadden we private rooms met uitzicht op het meer. Maandag tegen de avond kwamen we aan en toen hebben we er meteen een ritueel ingegooid; elke avond rode wijn drinken op het dak van het hotel, met een prachtig uitzicht over het meer en de sterrenhemel.
Dinsdag zijn we met kleine bootjes twee andere dorpjes wezen verkennen; San Juan La Laguna en San Marcos La Laguna. Elk dorpje aan het meer heeft zijn eigen charme. San Pedro is het dorpje waar je het beste kunt feesten, San Marcos staat bekend om de spiritualiteit en San Juan is een kleiner en minder toeristisch dorpje waar je meer te weten kunt komen over bijvoorbeeld weven en koffie maken.
Diederik wilde heel graag de San Pedro vulkaan beklimmen en gezien ik de Acatenango in Antigua niet meer gedaan had, besloot ik om mee te gaan. Woensdagochtend om 6u begon ik dan eindelijk aan mijn eerste vulkaan. Het zou ongeveer 3 uur lopen naar de top zijn, die op meer dan 3000 meter hoogte ligt. Het bleek van het begin af aan een hele pittige klim te zijn en ik was dan ook heel blij dat we na 1,5u lopen bij het uitzichtpunt aankwamen waar we even uit konden rusten. De gids bleef maar zeggen dat we echt niet verder hoefde te gaan, dat het nog veel zwaarder zou worden en dat heel veel mensen bij het uitzichtpunt stoppen. Heel even dacht ik “Fuck it, ik ga het ook niet doen ook”, maar het idee van de top met uitzicht over het hele meer en vele andere vulkanen weerhield me er van om op te geven. Vol goede moed gingen we dus weer verder, maar inmiddels begon de hoogte (op dat moment zaten we al boven de 2100 meter) me ook parten te spelen. Rustig aan dus en op tijd stoppen om op adem te komen. Zo ging het een tijd redelijk goed, tot dat we aan het meest stijle gedeelte begonnen. Alleen maar hoge traptredes, haast recht omhoog. Hoe verder we kwamen, hoe vaker er pauze nodig was en toen de gids na een half uur volledig kapotgaan zei dat het nog minstens een uur zo zou zijn, besloot ik dat het beter was om die twee heren verder te laten gaan en daar op ze te wachten tot ze weer naar beneden kwamen. Daar zouden ze ongeveer twee uur voor nodig hebben en toen ik na zo`n 15 minuten begon te denken dat dat wel erg lang was, hoorde ik iemand mijn naam roepen. De mannen waren omgekeerd want het was echt niet te doen. Balen dus, en achteraf denken we dat als we het rustiger aan hadden gedaan het wel gelukt was want de gids had nogal haast. Maar dat is achteraf praten, ik moet en zal in ieder geval nog de top van een vulkaan bereiken hier!
Helemaal kapot daarna dus, die dag dan ook weinig meer gedaan dan geslapen en gechilld in de hangmat. Die avond was onze laatste avond in San Pedro dus besloten we om nog even goed op stap te gaan. Het werd een erg gezellige avond, gelukkig ging de bus naar Xela pas om 11u de volgende dag. Daar zijn we nu en morgen reizen we door naar de hooglanden, om morgenavond in Todos Santos te zijn. Daar is deze zaterdag HET feest van het jaar in Guatemala. Een piepklein bergdorpje, paardenraces en veel alcohol zijn de ingredienten, we gaan het meemaken!